Laadpleinen waar veel laadpunten voor elektrische auto’s bij elkaar staan, worden heel verschillend gebruikt. Daardoor zijn de mogelijkheden voor slim laden ook niet overal hetzelfde. De slimme laadpleinen zijn te classificeren op basis van de omgeving waar ze in liggen. Hierdoor worden zowel het gebruik van de pleinen als ook de potentie voor de inzet van slim laden, inzichtelijk. Zo blijkt uit onderzoek van ElaadNL in het kader van de Proeftuin Slimme Laadpleinen.
Laadpleinen, clusters van laadpalen voor elektrische voertuigen op één locatie, kunnen worden geclassificeerd als woon-, werk- of bestemmingslaadplein op basis van omgevingsfactoren. Geografische variabelen zijn voorspellend en toonaangevend voor het type laadprofiel op een laadplein. Op basis van de laadprofielen van 22 geanalyseerde laadpleinen uit het project Proeftuin Slimme Laadpleinen zijn drie typen te onderscheiden: woon (piek in het gebruik zit rond 18:00 uur), werk (piek in het gebruik rond 8:00 uur) of bestemming (geen duidelijke piek maar belasting gespreid).
Laadpleinen met een woonlaadprofiel vertonen een verband met gebouwen in de buurt met gebruiksfunctie ‘woon’. Bestemmingslaadpleinen laten soms ook veel gebouwen met woonfunctie in de omgeving zien. Echter, deze zijn weer specifiek te onderscheiden wanneer er veel gebouwen met logies- en sportfunctie in de buurt zijn. Het type laadprofiel ‘werk’ is goed te herkennen aan de gebouwen met gebouwfuncties ‘industrie’ en ‘kantoor’. Zo is het mogelijk om een inschatting te maken van wanneer er met welke aantallen elektrische auto’s geladen wordt en welke vermogens daarvoor nodig zijn. Het verwachte laadprofiel biedt weer inzicht in de belasting van het stroomnet en de mogelijkheden om deze te beperken door de inzet van slim laden.
Per laadpleintype is de avondpiek tussen 17:00 en 23:00 uur te verminderen door het vermogen waarmee auto’s laden tijdelijk te verlagen. Het onderzoek toont aan dat voor de avondpiek ten opzichte van regulier laden een reductiepotentie mogelijk is van 34%, 16% en 23% op laadpleinen met respectievelijk een woon-, werk- en bestemmingslaadprofiel. Hierbij is gerekend met een een basiscapaciteit van 4 kW. Als uitgesteld of gepauzeerd laden mogelijk wordt door 0 kW beschikbaar te stellen tijdens de piek, is er zelfs een reductie mogelijk van 77% voor een woonlaadprofiel, 49% voor een werklaadprofiel en 34% voor een bestemmingslaadprofiel. Tijdens het toepassen van slim laden is ervan uitgegaan dat er aan de energievraag van de sessie voldaan werd. Zodoende blijft er bij uitgesteld laden in de avondpiek belasting over en is de piek niet volledig te verhelpen.
Het onderzoek naar slim laden op laadpleinen biedt een interessante uitkomst voor netbeheerders en laadpaalexploitanten. Door de toepassing van slimme laadtechnologieën kan niet alleen overbelasting van het energienetwerk worden voorkomen, maar kan ook het gebruik van duurzame energie worden gestimuleerd. Dit kan bijdragen aan een duurzamere mobiliteit en een efficiënter gebruik van beschikbare energie. Echter, om de berekende piekreductie daadwerkelijk te realiseren is onder andere de juiste informatie over de verwachte aansluitduur en energievraag per laadsessie nodig. Door nieuwe technieken (zoals de nieuwe communicatiestandaard ISO-15118) is het in de toekomst mogelijk om te achterhalen hoeveel energie de batterij in de auto nog nodig heeft (State of Charge). Samen met de inzichten vanuit de gebruiker zoals de verwachtte parkeertijd, maakt deze data het mogelijk de laadalgoritmes verder te optimaliseren.
De Proeftuin Slimme Laadpleinen is onderdeel van de Nationale Agenda Laadinfrastructuur (NAL), gesubsidieerd door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (I&W), ondersteund door Nationaal Kennisplatform Laadinfrastructuur NKL, het kennis- en innovatiecentrum van de netbeheerders ElaadNL en projectbureau Over Morgen. Een aantal rapporten over de bevindingen van het project komende de komende tijd nog beschikbaar. Zie voor meer informatie. Zie: https://nklnederland.nl/proeftuin-slimme-laadpleinen/