10 september 2024

ANALYSE: Slim laden proef in Noord-Brabant en Limburg halveert stroompieken

Als elektrische auto’s in grote getalen gelijktijdig worden opgeladen kan dit leiden tot pieken in het stroomgebruik en in de toekomst mogelijk overbelasting van het lokale elektriciteitsnet. Uit een Slim Laden-proef van Vattenfall, ElaadNL, Enexis en de provincies Noord-Brabant en Limburg in zes gemeenten blijkt dat de avondpiek met 35 tot 49 procent vermindert door de laadsnelheid te verlagen tijdens de drukste uren op het elektriciteitsnet (17.00-21.00). Dit maakt het mogelijk om bijna twee keer zoveel laadinfra te plaatsen.

Het volledige rapport ‘Variabele netcapaciteit Noord-Brabant/Limburg’ kunt u onderaan de pagina downloaden.

In de proef ‘Variabele netcapaciteit Noord-Brabant/Limburg’ is voor de provincies Noord-Brabant en Limburg een Slim Laden concept onderzocht waarbij de daadwerkelijke belasting van het lokale stroomnet input is voor de aangepaste laadsnelheid op groepen publieke laadpalen tijdens de avondpiek. De beheerder van de laadpalen (in dit geval Vattenfall) kon de toegekende (nog) beschikbare ruimte op het lokale net naar eigen inzicht verdelen over de laadpalen in dat deel van het stroomnet.

Figuur 1: Schematische weergave van de communicatie tussen CPO en laadpunten bij aansturing met statische laadprofielen.
Figuur 1: Schematische weergave van de communicatie tussen CPO en laadpunten bij aansturing met statische laadprofielen.

De eerste fase van de proef bestond uit statische capaciteitsprofielen, oftewel profielen die elke dag hetzelfde waren. De profielen werden getest in de periode oktober 2023- maart 2024, over 7 groepen van in totaal 72 laadpalen in 6 gemeenten in Noord-Brabant en Limburg: ’s Hertogenbosch, Breda, Moergestel, Nederweert, Oisterwijk, Oosterhout, Vaals. De gemeenten zijn geselecteerd op het aanwezig zijn van voldoende grote clusters van laadpalen. De profielen werden gaandeweg de projectfase aangescherpt, met als doel te onderzoeken vanaf wanneer de beschikbare capaciteit impact gaat hebben op de laadzekerheid van de EV-rijder en het verdienmodel van de beheerder van de laadpalen (CPO). Er werd met de statische capaciteitsprofielen een reductie van de avondpiek op het elektriciteitsnet bereikt tussen 35% en 49%. In principe ging de verdeling van de stroom over de groep actieve laadpunten gelijkmatig, maar indien de beschikbare capaciteit per ladend voertuig minder dan 8 Ampere (1,8 kilowatt) zou worden is gekozen voor het om beurten opladen van de auto’s, om te voorkomen dat auto’s op basis van de standaardlaadbeveiliging van het voertuig in slaapmodus belandden.

Omdat tijdens het onderzoek de druk op het stroomnet ook met het laden van elektrische auto’s niet zo hoog was dat deze al zou leiden tot overbelasting, is gewerkt met een fictief scenario waarin dit wel het geval is. Zo kon de impact van het aanpassen van de laadsnelheid,  wat in toekomstige situaties mogelijk nodig is, onderzocht worden. Wanneer in de nabije toekomst het aantal elektrische auto’s en daarmee de vermogensvraag toeneemt betekent de gerealiseerde verlaging van de piekbelasting dat er met deze manier van slim laden bijna twee keer meer laadinfra geplaatst zou mogen worden. Dit komt doordat de toegevoegde belasting aan de piekuren 100% voorspelbaar wordt door netbewust te laden. Wanneer het toegestane vermogen in de piekuren verder verlaagd zou worden, ontstaat nog meer ruimte voor extra laadpalen.

Figuur 2: Illustratief beeld van de verschuiving van het laden ten gevolge van Netbewust Laden. Op de y-as het totaal toegestane vermogen op de middenspanningsruimte. Op dit net zijn momenteel 4 laadpalen aangesloten. Lichtblauw toont het werkelijke (gemeten) laadgedrag, lila de berekening van wat er gebeurd zou zijn als er niet netbewust was geladen.
Figuur 2: Illustratief beeld van de verschuiving van het laden ten gevolge van Netbewust Laden. Op de y-as het totaal toegestane vermogen op de middenspanningsruimte. Op dit net zijn momenteel 4 laadpalen aangesloten. Lichtblauw toont het werkelijke (gemeten) laadgedrag, lila de berekening van wat er gebeurd zou zijn als er niet netbewust was geladen.

Het gevolg van de proef was wel dat gemiddeld 2% tot 4% minder energie geladen werd per sessie, vergeleken met de situatie zonder slim laden. Het verlies aan geladen energie ontstaat in sessies waarin kort geparkeerd wordt op een moment waarop de laadsnelheid maximaal beperkt wordt. Er is in dergelijke sessies niet voldoende tijd binnen de totale connectietijd om de langzamere laadsnelheid in te lopen.

Figuur 3: Schematische weergave van de communicatie tussen CPO en laadpunten bij real-time aansturing.
Figuur 3: Schematische weergave van de communicatie tussen CPO en laadpunten bij real-time aansturing.

In de tweede fase van de proef (februari- april 2024) werd een cluster gekozen waarbij een bemeterde middenspanningsruimte aanwezig was. Hier werd dagelijks, een dag van tevoren, een nieuw capaciteitsprofiel opgesteld door netbeheerder Enexis en via het zogenaamde OpenADR- protocol naar Vattenfall (de CPO) gestuurd. Met dit dynamische capaciteitsprofiel werd een piekreductie gerealiseerd van 43% en werd gemiddeld tussen 3,3% en 5 % minder energie geladen per sessie. Een kanttekening hierbij is dat d dynamische capaciteitsprofielen nog niet op de meest optimale manier konden worden vastgesteld. Er is namelijk nog niet gewerkt met voorspellingen van de lokale netbelasting. Dit is een aanbeveling voor vervolgonderzoek. De tweede fase van de proef heeft al wel aangetoond dat de opgestelde communicatieketen werkt en leidt tot het gewenste laadgedrag. OpenADR is geschikt gebleken om Netbewust Laden dynamisch toe te passen op een groep laadpalen.

Figuur 4: Het laden van vier elektrische voertuigen volgt gezamenlijk de opgegeven vermogensbegrenzing.
Figuur 4: Het laden van vier elektrische voertuigen volgt gezamenlijk de opgegeven vermogensbegrenzing.

Vervolg

De provincies en netbeheerders kunnen met deze methode slim of netbewust laden ook gaan toepassen in gebieden waarin geen netmetingen aanwezig zijn. Ook kunnen netbeheerders nu, zowel in de situaties met als zonder netmetingen, profielen sturen via het nieuwe multi inzetbare protocol openADR.

Download het rapport ‘Variabele netcapaciteit Noord-Brabant/Limburg’